Wandelen had jarenlang een beetje een stoffig imago, tot de pandemie uitbrak en iedereen noodgedwongen aan het wandelen ging. Ook daarna zijn we blijven lopen: volgens het CBS liepen we in 2023 gemiddeld 8 kilometer per week, terwijl dat er in 2019 nog ‘maar’ zes waren. Ook jongeren hebben wandelen ontdekt, zo merken ze ook bij de inschrijvingen rond de Vierdaagse. Met een dagelijkse wandeling van 30 minuten kan je je botten versterken, je lichaamsvet verminderen en je uithoudingsvermogen en spierkracht vergroten. Maar wist je dat je met wandelen ook creatiever wordt, je concentratie verhoogt en je stress verlaagt? We zetten 10 leuke weetjes voor je op een rij over wandelen, die je dan weer kan delen als je samen gaat -juist- wandelen.
1. Als nomaden wandelden we allemaal elke dag
In de prehistorie waren we eigenlijk allemaal nomaden. Dat betekent dat we een groot deel van ons bestaan aan de wandel waren en rondtrokken om te jagen en te verzamelen. Pas later, toen we begonnen met landbouw, gingen we ons settelen. Dat deden we voor de logistiek vaak vlakbij een weg of rivier en voor de veiligheid vlakbij een kerk of kasteel. Lopen was lange tijd de enige betaalbare manier om van A naar B te komen. Pure noodzaak dus.
2. Wandelen ter ontspanning ontstond in de 18e eeuw
Wandelen ter ontspanning werd pas aan het einde van de 18e eeuw een beetje populair. De Romantiek vierde toen hoogtij en in die periode kreeg de natuur een belangrijke plaats. Zo schreef de filosoof Jean Jacques Rousseau het boek Overpeinzingen van een eenzame wandelaar. Een wandeling in de natuur, of de wildernis zoals ze het toen ook wel noemden, werd gezien als een vorm van ultieme ontspanning en inspiratie. Creativiteit dus.
3. Wandelen wordt voorgeschreven als medicijn
Pas in de 19e eeuw begon men de gezondheidsvoordelen in te zien van wandelen. En die zijn divers. Zo mogen artsen in Schotland tegenwoordig officieel natuur voorschrijven als medicijn, omdat het de bloeddruk verlaagt, stress en angst vermindert en helpt tegen hartziektes. Ook in Japan bestaat ‘bosgeneeskunde’: bewust (met aandacht) en langzaam door het bos wandelen. Dit zogenaamde bosbaden kan je immuunsysteem versterken en creativiteit, concentratie en energie stimuleren.
4. Het kan je kortetermijngeheugen verbeteren
Je kan natuurlijk prima door een stad wandelen, maar uit verschillende studies blijkt toch dat de natuur tijdens het wandelen een toegevoegde waarde heeft. Zo blijkt uit een studie van de Universiteit van Michigan, dat wandelen in de natuur het geheugen meer versterkt dan wandelen door de bebouwde kom. Uit onderzoek van de Universiteit van Pittsburgh blijkt dat regelmatige beweging ervoor kan zorgen dat het volume van de hippocampus met 2% toeneemt. En dat is precies het hersengebied dat over je geheugen en herinneringen gaat. Bij mensen met dementie is gebleken, dat als ze regelmatig wandelen, ze langer op zichzelf kunnen blijven wonen.
5. Je kan er prima van afvallen
Je denkt misschien dat je om af te vallen op z’n minst moet hardlopen, maar dat blijkt niet zo te zijn. Als je per dag een uur wandelt (5km iets minder dan de beroemde 10.000 stappen), verbrand je ongeveer 300 kcal. Dat lijkt niet veel, maar als je het elke dag doet, komt dit op een totaal van 8400 kcal per maand. Om één kilo lichaamsvet te verbranden, moet je ongeveer 7.000 kcal verbranden. Met een uurtje wandelen per dag kan je per maand dus één kilo afvallen (mits je dat wandelen natuurlijk niet compenseert met zakken chips, romige ijsjes en grote stukken taart). De Amerikaanse personal trainer Harley Pasternak (hij traint o.a. Kim Kardashian, Ariane Grande en Lady Gaga) stelt zelfs dat wandelen de beste vetverbrander is. Met andere cardio activiteiten zoals hardlopen verbrand je weliswaar meer calorieën, maar niet zoveel vet. Dit ondervond zanger Tim Knol ook: hij ging wandelen en viel 40kg af!
Lees ook: Zo behaal je jouw dagelijkse stappendoel
6.Het heeft hetzelfde effect als wijn of chocola
Soms heb je behoefte aan een goed glas rode wijn of een lekker stuk chocola om de dag een beetje meer kleur te geven. Wandelen heeft hetzelfde effect, zo blijkt uit onderzoek. Door het positieve effect op je zenuwstel, voel je -naast minder stress en angst- ook minder woede en vijandigheid. Wandelen kan zelfs gebruikt worden als natuurlijk middel tegen de winterblues, omdat je buiten bent in natuurlijk zonlicht (als het een beetje meezit). Daarbij komt dat als we met vrienden, buren of familie wandelen, we ons ook nog eens verbonden voelen met anderen en ook daar worden we blij van. Overigens geldt ook hier: in de natuur is beter. Zo ontdekten onderzoekers dat mensen die 90 minuten in de natuur hadden gewandeld minder negatief over zichzelf dachten.
7. Het verbetert de nachtrust
Als je moeite hebt om in slaap te vallen, kan wandelen een goed hulpmiddel zijn. Sterker nog: als je 5 keer per week een half uurtje flink doorwandelt kan dit drie kwartier tot een uur extra nachtrust opleveren. Dit komt natuurlijk omdat je lichamelijk bezig bent en dus moe wordt, maar het komt ook omdat wandelen goed is voor je spijsvertering. Hierdoor zijn je darmen ’s nachts rustiger. Wandelen is trouwens niet alleen goed om eten te verteren. Het werkt ook prima om de gebeurtenissen van de dag een plek te geven en dus te verteren. Dat maakt je hoofd lekker leeg en scheelt weer malen, woelen en wakker liggen.
8. Het helpt tegen verkoudheid
In 2010 stelde Dr. David Nieman van het Human Performance Laboratory al dat een dagelijkse wandeling van 30 minuten het beste wapen is tegen verkoudheid. Regelmatig bewegen helpt namelijk om je fysiek fit te houden en je immuunsysteem te versterken. Mocht je toch verkouden worden, dan heb je er minder last van als je regelmatig beweegt. Uit onderzoek, dat in de British Medical Journal werd gepubliceerd, blijkt dat de verkoudheid tot 46% korter duurt bij mensen die vijf keer per week bewegen tegenover hen die één keer per week bewegen. Bovendien waren de symptomen van de verkoudheid 42% minder erg bij fitte mensen dan bij de minst fitte mensen.
9. Het houdt je forever young
Nou ja, forever is misschien een beetje overdreven, maar het houdt je wel langer jong en het kan je leven met maar liefst drie tot zeven jaar verlengen. Als je tenminste elke dag een half uurtje wandelt. En met wandelen, bedoelen we eigenlijk stevig doorlopen, want slenteren werkt niet. Dat wandelen je jong houdt, komt omdat het tegen de eerdergenoemde hart- en vaatziektes werkt, de kans op diabetes verlaagt, obesitas tegen kan gaan en je botten versterkt. Bovendien stimuleert het je bloedcirculatie en dat zorgt er weer voor dat je een stralende huid hebt en dat er minder snel rimpels ontstaan. Mooi meegenomen, toch?
10. ’s Ochtends lopen is beter voor je
’s Ochtends vroeg is de lucht het minst vervuild en dat is toch iets wat vooral je longen heel fijn vinden. Daarnaast is het ook nog eens zo dat de lucht ’s ochtends vroeg geladen is met negatieve ionen en dat zorgt voor meer zuurstof in de lucht. Hierdoor voel je je na een vroege ochtendwandeling als herboren. De derde reden om ’s ochtends te gaan wandelen, is dat er niet een hele dag aan vooraf gaat waarin je redenen kan verzinnen om niet te gaan wandelen die dag. Te druk bijvoorbeeld, of te moe van al die drukte. Uitstel is afstel, want geef toe: na een dag hard werken, klinkt een avondje bank met Netflix ook wel heel aanlokkelijk. De vierde reden, die vooral in de zomer geldt, is dat het ‘s ochtends vroeg koeler en frisser is. En dat is zeker op hete zomerdagen echt wel een voorwaarde.
Wat brengt wandelen jou? Deel je ervaringen door hieronder een reactie achter te laten.
13 gedachten over “10 verrassende feiten over wandelen”
Ik heb mijn dagelijkse wandeling echt nodig om gewoon even te bezinnen en tot rust te komen. Om even te ontsnappen aan alle dagelijkse drukte. Gewoon heerlijk 30 minuten voor mezelf. Ik kan het alleen maar aanraden.
You are a very bright person!
Reacties zijn gesloten.