Bouwen aan de weg is bouwen aan de toekomst

Menno En Lissy 174
Foto: Dominique Van Dam/2006

Chinezen verdienen én investeren miljarden in Afrika. Op het Afrikaanse continent zijn deze Aziaten al jaren aan een opmars bezig. Ze bouwen; wegen, panden, gebouwen en netwerken. En ze brengen mankracht en kennis. De Duitse zender WDR zond vorig jaar een documentaire uit over deze Chinese opmars. Met als meeste prangende vraag: ‘De Chinezen zitten overal. Brengen ze nu wat het Westen al decennia belooft?’

In Duitsland is net als in Nederland een hevige discussie gaande over het betalen aan ontwikkelingshulp. De gemiddelde investering die in Afrika wordt gedaan door zowel Nederland als Duitsland zijn klein. Schamele bedragen als je het afzet tegen de investeringen die sommige Chinese multimiljonairs en bedrijven doen op het continent. Wat doet Duitsland eigenlijk in de landen waar ook Chinezen zijn, helpt het?

Tegenstellingen
De Duitse journaliste praat met verschillende Afrikanen, Chinezen en Europeanen in verschillende landen, Kenia, Zambia en Angola. De Chinezen zelf zijn uitsluitend positief. Je hebt dan misschien wel geduld nodig en je moet Afrikanen ‘nog alles uitleggen’, maar ze integreren makkelijk. En daar helpen ze zelf ook een handje aan mee. Een Afrikaan legt uit dat ze op dezelfde terreinen wonen en hetzelfde water drinken. Ik hoor een kleine steek onder water; naar de Europeaan, die decennia zoniet eeuwenlang niet erg zijn best heeft gedaan om samen te leven met de oorspronkelijke bewoners.

Wegenbouw
Voor Chinezen is de wegenbouw dé sleutel naar succes en rijkdom. En ook de Afrikanen die in de documentaire aan het woord komen lijken het eens met deze conclusie. Een betere toekomst voor de kinderen, stromend water, stroom, alles komt met de weg. Waar de regering ze al jarenlang in de steek laat, komt nu een groepje investeerders een droom waarmaken. De Europeanen hebben inmiddels een andere rol. Waar ze eerst als ingenieurs waterputten sloegen, helpen ze nu met bedrijfsvoering. ‘Van ingenieur naar ondernemer, econoom’, zo legt één van de plaatselijke medewerkers uit.

China en Europa
Toch is Europa nog niet helemaal uitgespeeld. De Chinezen zorgen voor en leveren arbeid, het stort zich op landschapsplanning. Het westen is van sociaal en humanitair belang, iets wat de Chinezen (nog) niet kunnen leveren. Afrika is gewoon nog een crisiscontinent en moet geholpen worden, zo ziet China het. En dat is een situatie die de Chinezen van dichtbij kennen. Een projectmedewerker zegt zelf: China was tot voor kort zelf nog een ontwikkelingsland, we zijn op zoek naar vrienden en hoe meer vrienden, hoe meer macht. Daarnaast heeft het land de grondstoffen uit Afrika hard nodig.

Toerisme
De Chinezen nemen nog een andere bron van inkomsten mee: toerisme. Zambia ken vele toeristen van het Aziatische continent. De verhalen die ze mee naar huis nemen zijn overwegend positief, de komende jaren zou wel eens een golf van bezoekers met zich mee kunnen brengen.

Kritische noot
Een mensenrechtenactivist uit Angola, potentieel één van de rijkste landen ter wereld, geeft echter ook wat kritiek op de gang van zaken. ‘Regeringen moeten zich verantwoorden voor de wereldbank en landen die hulp verlenen. … Er worden donorprojecten gezocht, maar laat de bestuurders liever nadenken waarom we ons zelf niet kunnen bedruipen in plaats van zoeken en verschuilen achter de bureaucratie.’

Wil je de hele (Duitse) documentaire zien? Klik hier.

Lees ook:

Ode aan de stad
Pechvogels en Gelukzoekers
China in Afrika
China gaat verder met investering Afrika

Over de schrijver

2 reacties op “Bouwen aan de weg is bouwen aan de toekomst”

  1. Een heel interessant onderwerp. Ik denk dat de Cinezen inderdaad een interessante, nieuwe kijk hebben op 'ontwikkelingshulp'. Volgens is er voldoende aanleiding om onze eigen hulpprojecten in deze landen te evalueren.

Reacties zijn uitgeschakeld.