Met de trein naar San Sebastian en Noordwest-Spanje: dit zijn de leukste plekken (tips van een local)

Als we aan Spanje denken voor de vakantie, komt eerder de oostkust oppoppen dan de westkust. Daar waar je hutjemutje, zij aan zij, op het strand ligt te bakken. Voetje voor voetje over de Ramblas schuifelt. Of zuchtend van de hitte het zweet blijft wegvegen… Zonde, want Spanje heeft zoveel meer te bieden. Zo heb ik mijn oog laten vallen op Noordwest-Spanje (Asturië, Galicië, Cantabrië en Baskenland) en wel hierom:

Hier zijn minder toeristen dan in het westen en heb je dus meer ruimte (ook op het strand). De regio is veel groener en biedt daardoor heerlijke verkoeling in de zomer. De regio staat bovendien bekend om het heerlijke eten. En het mooie is: je kan er heel makkelijk met de trein heen. Ik sprak met de Nederlandse Debora de Block die hier al jaren woont en als reisexpert bij Better Places rondreizen op maat samenstelt in dit deel van Spanje. Ze deelt haar insider tips met ons.

Met de trein naar San Sebastian

Met de trein op vakantie wordt steeds populairder en dat merken ze ook in Noordwest Spanje. “Van de 60 reizen die ik vorig jaar organiseerde, kwam 22% met de trein naar San Sebastian,” vertelt Debora. Daarvan koos de helft ervoor om de verdere rondreis ook met het OV te doen. De andere helft huurde in San Sebastian een auto. 

“Je kan heel goed met de trein langs alle hoogtepunten van de regio reizen, maar eerlijk is eerlijk: je komt dan niet in de afgelegen gebieden en de landelijke plekken. En dat is zonde, want de prachtige natuur biedt een fijne afwisseling met de steden.” Een auto huren voor een paar dagen is dus wel een aanrader als je iets verder wilt kijken dan alleen de makkelijk bereikbare plekken.

Benieuwd hoe je een rondreis door Noorwest-Spanje volledig met de trein en bus kunt maken? Bekijk deze voorbeeld treinreis Spanje, die nog volledig op maat aangepast kan worden door Debora.

Zo neem je de trein naar San Sebastian
Het is heel eenvoudig om met de trein vanuit Nederland naar San Sebastian te reizen. Je neemt de Eurostar naar Paris-Nord (3,5 uur reistijd). Daar heb je ongeveer 1,5 uur overstaptijd om met de metro naar Paris Montparnasse te gaan. Daar neem je de trein naar grensplaats Hendaye (die rijdt via Bordeaux). Daar zou je dan ongeveer 10 uur na vertrek vanuit Amsterdam moeten aankomen. Vanuit Hendaye gaat elk half uur een trein naar San Sebastian die je in 30 minuten naar de stad brengt. Die treinen gaan tot laat in de avond. Houdt er rekening mee dat veel informatie over het OV in deze regio alleen in het Spaans (of Baskisch) te vinden is. Vanuit San Sebastian kan je makkelijk de trein nemen naar andere delen in Noordwest-Spanje.

San Sebastian: eten en fietsen

Deze stad in Noordwest-Spanje staat vooral bekend om de culinaire hoogstandjes. Je kan hier dan ook heel veel leuke tours doen met specialisten die je naar verschillende barretjes brengen om pintxos (kleine hapjes) en lokale wijnen te proeven. Of – als je het geld hebt – naar één van de Michelin sterrenrestaurants te gaan.

Ben je vegetariër of vegan, dan wordt het al iets moeilijker en moet je specifiek op zoek naar een paar plekken die plantaardige opties hebben. Zo’n foodtour valt dan dus af, maar niet getreurd: veganist Daisy Scholte heeft haar favoriete vegan restaurants in Baskenland voor ons op een rij gezet.

Naast eten kan je in San Sebastian ook heel goed fietsen: het is er redelijk vlak en de stad is goed ingericht op fietsen (dat is niet overal zo in Noordwest-Spanje). Vergeet vooral niet om even langs de boulevard te gaan en van de zee te genieten. Houd er wel rekening mee dat San Sebastian een superdure stad is, waar steeds meer jetset op af komt, maar met twee dagen en een overnachting heb je er een toffe tijd en kan je de kosten binnen de perken houden. 

Bilbao

Bilbao is van oorsprong een industriële stad, die vooral bekend is vanwege het populaire Guggenheim museum, maar de stad heeft meer te bieden. Er zijn een paar Nederlandse gidsen die hier fietstochten geven waarbij je van alles leert over de industriële geschiedenis en architectuur van de stad. Je kan er ook boottochten over de rivier maken en er is een mooie brug richting zee, die veel bekijks trekt van mensen die dol zijn op architectuur.

Bilbao hoort tegenwoordig – naast Madrid en Barcelona- tot een van de rijkere steden van Spanje, zeker nadat de stad de omslag heeft gemaakt van industrie naar ICT. Omdat de stad vooral in de zomer toeristen trekt, is het zeker in het hoogseizoen ook behoorlijk prijzig. Drie dagen en twee nachten in deze stad in Noordwest-Spanje is dan ook prima.

Vogels spotten in natuurreservaat Urdaibai

Tussen San Sebastian en Bilbao ligt het prachtige natuurreservaat Urdaibai. Hier komen bij de riviermonding van de Oka-rivier duizenden trekvogels per jaar voorbij, dus wie van vogelspotten houdt zit hier goed. Vooral in de lente, tijdens de voorjaarstrek en het broedseizoen, en in de herfst, tijdens de najaarstrek zijn er veel verschillende soorten te zien. Maar ook in de zomer en de winter zijn er genoeg vogels te spotten (er zijn zo’n 250 soorten die dit gebied aandoen).

Verder kan je hier heel goed surfen, suppen of kanotochten maken over de rivier (stroomafwaarts, dat is wel zo makkelijk).

Dit natuurgebied is prima met het OV te bereiken (via de lokale Euskotren) en is daarom een fijne combinatie met de steden San Sebastian en Bilbao als je een 100% OV-vakantie wil in Noordwest-Spanje. Dan kan je het bruisende stadsleven alsnog even achter je laten voor een paar dagen strand en groen.  

De beste tijd om Noordwest-Spanje te bezoeken
Hoewel het in Noordwest-Spanje een stuk rustiger is dan aan de Costa Brava, is het in de zomer nog steeds hoogseizoen. Veel Spanjaarden hebben hier een vakantiehuis om in deze piekmaanden te ontsnappen aan de hitte in bijvoorbeeld Andalusië. Zij blijven vaak op één plek en reizen niet rond, maar daardoor kan het vinden van betaalbare accommodatie lastig zijn.

Debora zelf vindt september en oktober een mooie tijd om deze streek te bezoeken. “Je hebt dan al een najaarsfeer en merkt dat het ‘s ochtends en ’s avonds al wat frisser is, maar overdag is het nog heerlijk warm. In november begint het slechter te worden, met veel regen: dat duur tot half maart of april en dan wordt het weer beter.”

Park Picos

Het Nationale Park Picos bestaat uit het imposante gebergte Picos de Europa. Het is een groot parkin Noordwest-Spanje dat populair is onder bergwandelaars. Je kunt hier een meerdaagse huttentocht doen maar ook diverse dagwandelingen maken voor alle niveaus.

Het park is in het hoogseizoen erg druk, daarom raadt Debora aan om er in het najaar (september, oktober) of in het voorjaar (april t/m juni) heen te gaan. Om de drukte te ontlopen kan je de verschillende wandelroutes ook andersom lopen. Zelf liep ze de Ruta del Cares, een hele drukke route van 12 km door een kloof, andersom en kwam bijna niemand tegen. Een andere tip is om op tijd te beginnen met lopen, rond 8 uur ’s ochtends, omdat het ook dan veel rustiger is.

Ook de meren van Lagos de Cofalunga zijn prachtig in dit park. Je kan hier prima met de bus naar toe, alleen kan het zijn dat je 1,5 uur moet wachten voordat de bus komt.

Dankzij de vele natuurparken en diversiteit aan landschappen is Noordwest-Spanje is een topbestemming voor natuurliefhebbers. Bekijk deze natuurreis door Asturië en Cantabrië.

Ponga natuurpark

Picos is het eerste nationale park van Spanje en enorm populair. Voor wie daar geen zin in heeft, tipt Debora ook altijd het naast gelegen Ponga natuurpark als alternatief, omdat het in het hoogseizoen veel minder druk is en minstens zo imposant.

Hier kan je wandelen, vogels spotten met een vogelgids of gaan ziplinen in het avonturenpark. Het Ponga natuurpark bereik je alleen met de auto.

Redes natuurpark

Het Redes natuurpark is ook een heel mooi gebied in Noordwest-Spanje voor wie van wandelen houdt en is samen met Urdaibai een van de favoriete parken van Debora. Het is hier heel groen en de bergtoppen zijn minder hoog dan in Picos. Hier gaan mensen meestal heen voor een wandelroute van een dag. In het najaar (september, oktober) kan je hier getuige zijn van de bronstijd van herten. Omdat er in het Redes natuurpark niet zoveel auto’s rijden, is het ook een geliefde plek voor wielrenners die op de weg fietsen waar ook auto’s rijden.

Beren spotten in Parque Natural de Somiedo

Dit park in Asturië (Noordwest-Spanje) is vooral bekend vanwege het spotten van beren die daar in het wild rondlopen. Je ziet ze dus lang niet altijd, maar omdat de populatie aan het groeien is (er lopen er nu zo’n 300) wordt de kans wel steeds groter. Een gids weet precies waar de beren meestal foerageren en neemt je mee om op gepaste afstand met behulp van een telescoop naar de beren te kijken.

Je ziet de beren eigenlijk nooit van dichtbij (als dat wel gebeurt, staat het in de krant, zo zeldzaam is het). En dat laatste bedoelen we natuurlijk als iets positiefs, want daarmee verstoor je ook de natuur niet en heb je de kans om de beren echt in hun natuurlijke habitat te zien.

Galicië: goedkoper en minstens zo mooi

Voor wie wat meer tijd heeft en van rust houdt, is Galicië – met Santiago de Compostella- nog een mooie provincie in Noordwest-Spanje om aan te doen. Het is een uitgestrekte provincie met hele rurale en dunbevolkte gebieden wat heerlijk is als je van rust houdt. Hier vind je ook een hele mooie wijnregio en je kan er met een boot door de kloof varen of met een gids allerlei oude Keltische plekken bezoeken.

Verder zijn de Islas Cies een goede spot om dolfijnen te zien in Noordwest-Spanje, maar daarvoor moet je wel een aantal maanden van tevoren een kaartje bestellen omdat er maar een beperkt aantal bezoekers wordt toegelaten. Je vaart meestal voor een dag heen en weer.

Een andere tip van Debora voor een rondreis Galicië is Ourense: dat ligt wat meer richting Portugal. Daar heb je natuurlijke warmwaterbronnen langs de rivier met bubbelbaden die ondergronds warm worden gehouden. Een aantal zijn gratis toegankelijk en daar vind je dan ook de lokale bevolking. Andere zijn betaald: dat kost ongeveer 6 euro. Er loopt een mooi wandelpad langs de rivier.

Verder raadt ze Lugo aan met een 2 km lange stadsmuur die nog helemaal in takt is en waar je langs kan lopen.

Andere tips voor Noordwest-Spanje:

  • Barayo strand. Omdat er geen parkeerplaats naast ligt, moet je een kwartiertje door de bossen lopen om er te komen waardoor het er heerlijk rustig is. Het is een mooi beschermd reservaat.
  • Santillana Del Mar: dit is heel leuk historisch dorpje, maar in juli en augustus ook zo druk dat het niet leuk meer is. Vooral een aanrader dus als je hier in het laagseizoen bent.  

Over de schrijver