Iris maakt truien van 100% wol, volledig composteerbaar

Een trui maken die volledig composteerbaar is: dat is de missie van Iris met haar bedrijf Salvinia Woolwoman. Het hele proces, van begin tot eind, doet ze zelf. Ik ken Iris van Instagram, waar ik in 2020 eens zelfgehaakte beenwarmers van haar kocht. Inmiddels is ze uitgegroeid tot een ware wol-expert en volg ik dat proces gefascineerd. Ik besluit haar op te zoeken op de Veluwe, waar ze met haar man Jeroen voor de zomermaanden een chalet in het bos huurt.

“Ik was destijds zelf op zoek naar wollen beenwarmers en kon ze nergens echt vinden”, vertelt Iris me over hoe het allemaal begon. Hoewel ze de kunstacademie had gedaan, had ze tot dan toe nog nooit iets gehaakt, gebreid, of ook maar iets van textiel gemaakt. Toch besloot ze zelf aan de slag te gaan, want de beenwarmers dié ze vond bevatten allemaal plastic. “En ik wil geen plastic in mijn kleding, want daarmee creëer je afval”.

Al snel haakte Iris ook beenwarmers voor anderen, die ze aan haar volgers op social media verkocht. Daarna ging het in sneltreinvaart. “Als ik eenmaal ergens aan begin heb ik geen rust, en zoek ik steeds weer een nieuwe uitdaging”. Beenwarmers haken werd wikkeltruien breien, wikkeltruien breien werd zelf wol spinnen, wol spinnen werd de wol zelf verven met planten, en wol verven werd sjaals weven. “Met een vriendin die ambachtelijk schapenknipper is, ging ik zelfs in de zomer langs boeren om schapen te knippen en zo een zakcentje bij te verdienen, dat is echt heel bijzonder!”

Een eigen wolatelier

In 2021 fietsen Iris en Jeroen naar Griekenland, waar ze een stuk grond kopen. Eenmaal aangekomen, settelen ze in de caravan en richt Iris een wolatelier in en legt een moestuin aan. Ze hebben ook een schat aan olijfbomen, waar Jeroen zich vooral mee bezighoudt. “Wij hopen ooit te kunnen leven van de olijven en de wol”, vertelt ze me. “Jeroen doet de olijven en ik de wol, maar we helpen elkaar. Het is echt een symbiose, zowel met elkaar als met de natuur”.

Helaas is de vacht van Griekse schapen niet geschikt om mee te werken; het zit vol met stekels die er onmogelijk uit te krijgen zijn. Die wol gebruikt ze dus voor de tuin, vanwege de diverse eigenschappen van het materiaal. Zo kan je het gebruiken als messtof of mulch om vocht en warmte vast te houden. Voor haar creaties neemt ze wol mee uit Nederland tijdens familiebezoeken.

“Ruwe wol wordt gewoon overal ter wereld weggegooid”, vertelt ze. “Dat is de belangrijkste reden dat ik zelf ben gaan spinnen, in plaats van gewoon bolletjes wol te kopen”. De meeste boeren hoeven er niet eens geld voor, maar dat geeft Iris ze wel. Want wol moet volgens haar juist wél als waardevol behandeld worden.

Lees ook: Jaarlijks wordt er 1,5 miljoen kilo wol van Nederlandse schapen vernietigd. Het Hollands Wol Collectief doet daar wat aan. En: Natalie en Maarten maken plantenvoeding van afgedankte wol.

Toch maakt Iris niet al haar creaties van zelfgesponnen wol. “Voor truien is zoveel draad nodig, dat dat echt te veel tijd zou kosten en dat zou je dan ook in de prijs terug zien. Dat wil ik mensen niet aandoen, want ik wil ook dat het toegankelijk is voor mensen met een gewoon inkomen”. Daarom laat ze de vachten waarvan ze truien wil maken, spinnen bij een spinnerij. Voor de sjaals die ze weeft spint ze wel zelf de wol. “Van alle producten die ik verkoop heb ik de ruwe wol van het schaap in handen gehad. Zo houd ik controle over het hele proces” vertelt ze trots.

Spinnen en kaarden van wol

Voordat wol wordt gesponnen, wordt het doorgaans eerst nog gewassen en gekaard, waarmee de wol uit de klit wordt gehaald en uitgelijnd zodat ze makkelijker te spinnen zijn. Iris maakt haar draad juist van de wol die direct van het schaap komt, zonder dat hele proces te doorlopen. “Gereedschappen in dit vakgebied zijn erg duur. Ik heb nu wel eindelijk besloten een tweedehands kaardmolen aan te schaffen, zodat ik het spinnen ook wat makkelijker aan andere mensen kan leren”.

Het wassen van de wol doet ze normaal gesproken ná het spinnen, om water te besparen. Als ze het naar de spinnerij brengt, wast ze het wel van tevoren. “Niet gewoon met water en zeep, maar door een soort fermentatie”. Ze laat de wol een paar dagen in water staan, waardoor het gaat stinken, maar de bacteriën wel omgezet worden. “Ik heb dat allemaal gewoon van internet geleerd”, lacht ze. “Of eigenlijk, Jeroen heeft me dat geleerd. Hij vindt het leuk de theorie helemaal uit te pluizen en leert het dan aan mij. Zelf kan hij helemaal niet spinnen of breien!”

Eenvoudig leven

Een trui bij Iris kost zo’n 170 euro en er zit twintig tot dertig uur werk in. Kan ze daarvan leven? “Als je het vergelijkt met een Nederlands uurtarief dan is dit een grapje,” lacht ze. “Ik werk zo’n vijftig uur per week en verdien tussen de driehonderd en duizend euro per maand”. In Nederland zou ze daar niet van kunnen rondkomen, in Griekenland kan dat wel. “Het ligt er ook aan hoe je kiest te leven. Wij leven eenvoudig.”

Toch zijn ze teruggekomen naar Nederland, waar Jeroen een tijdelijke baan heeft opgepakt. “Niet voor lang hoor, we vertrekken binnenkort naar Portugal, waar we ook weer olijven willen plukken. Hoewel Jeroen het naar zijn zin had, kon ik in Griekenland niet zo goed mijn draai vinden”. Haar droom is om ergens een groot atelier te hebben waar ze mensen alles over wol kan leren, met een leuk winkeltje en theehoekje erbij en een ruimte waar bijeenkomsten kunnen worden georganiseerd. “Ik ben graag alleen, maar ik vind het ook fijn om dingen samen met mensen te doen en om de vaardigheden die ik heb geleerd over te dragen”.

Composteerbare trui

Je zou zeggen dat het bijna de moeite niet waard is, zoveel uren werk voor zo’n laag inkomen. Maar Iris haalt haar voldoening uit het feit dat ze in plaats van bij te dragen aan de afvalproductie en afvalberg, ze juist méér afval voorkomt. “Waar ik het meest trots op ben is dat mijn truien composteerbaar zijn”, vertelt ze. “Alles is natuurlijk gedaan, ook het verven”. Daarvoor gebruikt ze vooral jonge walnoten die te vroeg uit de boom zijn gevallen en die haar wol een prachtige bruine kleur geven.

Ze heeft ook wel met andere plantmaterialen geverfd, zoals rabarberblad, perenbast en uienschillen, maar walnoot blijft haar favoriet en de wol neemt de verf gretig op. “Wol is echt een soort spons, maar het ligt wel weer aan de schapensoort hoe het precies uitpakt”, laat ze zien. “Soms willen klanten een hele specifieke kleur bruin, maar ik heb niet altijd controle over wat de kleur uiteindelijk wordt”.

Heel zelden koopt ze dan wel eens geverfde wol, in overleg met de klant. “Dat doe ik liever dan zelf chemische verf gebruiken. Bij mij ging alles weer terug de tuin in en ik hoop dat in een fabriek de chemische overblijfselen toch netjes worden afgevoerd”. Ook krijgt ze regelmatig wol cadeau, omdat mensen weten dat zij er goed gebruik van maakt. Ze wijst me op drie grote vuilniszakken vol met gesponnen wol. “Die heb ik gekregen van de familie van een vrouw die overleden is”.

Lees ook: Roua verbouwt indigo in Amsterdam-West waar ze plantaardige textielverf van maakt voor duurzame merken als Joline Jolink

Wol goedhouden

Heeft ze nog een tip voor de lezers betreft wol? “Ik zeg altijd tegen mijn klanten: het beste wat je kunt doen is je wol dragen. Motten houden niet van daglicht en beweging! Maar je kunt het ook in een afgesloten plastic bak bewaren.” De eventuele eitjes van motten (en de motten zelf) gaan dood als je de wol een nachtje in de vriezer legt en motten houden niet van de geur van lavendel, kruidnagel en cederhout.

Verder raadt ze aan je wol niet of nauwelijks te wassen en als het dan écht moet, het gewoon even te spoelen met een azijnoplossing. “En als je wilt ontdekken waar jouw talenten liggen in wol, kun je beter niet beginnen met meteen een hele trui breien”, vertelt ze. “Ik raad aan om dan eerst te leren spinnen. Je hebt dan de ruwe wol in handen en kunt heel goed de verschillende eigenschappen ervan ervaren”.

Iris verkoopt haar truien via haar Instagram, door heel Europa. Ze is ook van plan cursussen te organiseren. Je vindt haar creaties ook op Etsy.

Over de schrijver

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *