Deze plekken in Valencia ken je nog niet: 7 tips van een local

Valencia, de stad van de paella, staat inmiddels op de vierde plek als het gaat om meest bezochte steden in Spanje (na Madrid, Barcelona en Sevilla). En dat merk je. De stad barst uit z’n voegen van de toeristen, wat druk legt op de stad. Zo stijgen de huizenprijzen en moet de lokale bevolking wijken voor hotels, B&B’s en buitenlanders die er een tweede huis kopen. Waar vind je dan nog de authentieke, onontdekte plekken in de stad en het binnenland van Valencia, waar je de lokale bevolking juist kan steunen en zelf kan genieten van dit mooie stukje Spanje? We vroegen het Richard van Kruchten, reisexpert bij Better Places en al 16 jaar trots inwoner van Valencia, waar hij zoals hij zelf zegt “nooit meer weggaat”.

1.Mercado Central

Valencia leent zich er uitstekend voor om met de fiets te verkennen en dan is de Mercado Central een plek die je niet gemist mag hebben. “Valencia is omgeven door land- en tuinbouw,” vertelt Richard. “Dat voedsel is grotendeels bedoeld voor de lokale markt en wordt hier verkocht. Alles op deze markt komt uit de buurt en is seizoensgebonden. Dat betekent dat je er dus niet het hele jaar sinaasappels of artisjokken kan kopen, zoals in de Nederlandse supermarkt, want die groeien niet het hele jaar door.”

2.El Cabanyal

Dit is de modewijk van Valencia met veel oude huisjes, die worden opgeknapt. Oorspronkelijk was het een zelfstandig vissersdorpje vlakbij zee, nu is het volledig opgeslokt door de stad en is het een wijk van Valencia die nog heel veel charme heeft. Hier vind je alle hippe restaurantjes, barretjes en winkels en dus ook veel toeristen, maar een aantal straatjes zijn nog niet opgeknapt of opgekocht en daar vind je nog het oude, authentieke Valencia zoals het vroeger was: met weinig geld om te overleven, waar veel mensen nog buiten voor hun huis op straat zitten en ’s avonds gitaar spelen.

Foto’s van Richard, Horta Nord

3.De stad uit: Horta Nord

De Horta Nord is een traditioneel landbouwgebied, met kleinschalige boerderijen met om de 100 meter een ander gewas (geen monocultuur dus). Hier kan je makkelijk met de fiets naartoe vanuit de stad, omdat het slechts 1 kilometer naar het noorden ligt, richting Sagunto. Veel van de boeren verkopen zelf hun producten op de lokale markt en verdienen op die manier genoeg aan hun oogst. Je fietst langs Meliana, Museros en Alboraya (bekende dorpen in de Horta), dwars door de velden waar diverse gemarkeerde fiets- en wandelpaden lopen.

4. Dagtripje naar het Albufera meer

Ten zuiden van Valencia ligt het Albufera meer. Tijdens de fietstocht vanuit Teruel  kom je hierlangs, maar je kan hier ook een dagje heen met de fiets om vervolgens een boottochtje op het meer te maken. Dit meer was vroeger vele malen groter, maar is inmiddels behoorlijk ingepolderd. Die polder zetten ze twee keer per jaar onder water om rijst te verbouwen.

Vanaf eind april is het gebied helemaal groen van de ontluikende rijstplantjes en fiets je over de dijkjes door de rijstvelden. Omdat het water tot aan de weg staat, lijkt het alsof je door het water fietst. Naast de rijstvelden vind je hier ook de sinaasappelboomgaarden: vanaf half maart bloeien de bomen, wat een zoetige geur geeft. Dat duurt 3 a 4 weken. Eind april zijn de meeste sinaasappels wel geplukt.

Van december tot april, als het hier overdag zo’n 20 graden is en je de stranden grotendeels voor jezelf hebt, is dit meer ook een fantastische plek voor vogelspotters. Heel veel trekvogels strijken hier neer, waarbij de flamingo’s nog het meest opvallend zijn. Deze vogels vind je ook bij Tarragona (zie tip 5). Ook daar staat het helemaal vol met rijstplantjes en ook daar kan je prachtig over de dijkjes fietsen tussen het groen (april tot september).

Foto’s van Richard: Albufera meer

5.Fietsen langs de kust van Tarragona naar Valencia

Vanuit Tarragona in het binnenland, ongeveer 2,5 uur met de auto en 2 uur met de trein vanuit Valencia, kan je een prachtige fietstocht maken richting Valencia. Je zakt dan af langs de kust naar de stad. Als je de tijd neemt (en waarom zou je dat niet doen tijdens je vakantie?) doe je hier 2 weken over. Ddat kan ook op een elektrische fiets, voor mensen zoals ik die het niet heel fijn vinden om niet al te hard te moeten trappen. Lees hier meer over deze fietsvakantie in Valencia

6. Wandelen bij Sierra de Calderona en Sierra d’Espadán

Op nog geen uur reizen met de trein kom je in een spectaculair wandelgebied terecht met duidelijk gemarkeerde paden. Hier loop je door de ruige natuur, langs grillige rotsen van oranje paars zandsteen (Buntsandstein) en dorpjes waar maximaal 100 mensen wonen. Verder is dit één van de twee gebieden in Spanje waar je kurkeiken vindt. Er zijn twee ecohotels in deze regio en verder logeer je in piepkleine dorpjes. Tijdens deze tocht van 2 weken krijg je op twee plekken heel even een zetje met de auto, zodat je echt het onderste uit de kan haalt qua mooie routes. Je eindigt in Peñiscola (een vestingstadje op een rots in zee). Je kan ook een ingekorte route nemen, waar je 1 week over doet. Meer informatie over deze wandeling in Valencia.  

Foto’s van Richard: kurkbomen, zandsteeen en Peñiscola

7. Roadtrip: fietsen vanuit Teruel

In het binnenland bij Teruel start het langste spoorfietspad van Spanje: de Via verde. Het loopt dwars door de bergen naar de zee. Vanuit Valencia kun je makkelijk met de trein naar de stad Teruel. Richard zet hier fietsen voor je klaar, en dan rijd je in 2 weken terug richting de stad via een uitgestippelde route en met behulp van gps. Deze fietstocht is iets uitdagender dan die langs de kust, omdat er meer hoogteverschillen zijn, maar laat je daar niet door afschrikken, want ook hier is een elektrische fiets een optie. “Ik mik echt op slow cycling en gemak zoekers,” legt Richard uit, die over het uitstippelen van elke etappe zo’n 2 tot 4 dagen doet, omdat hij echt de mooiste route wil vinden. “Je hoeft niet in topconditie te zijn.”

Teruel is een mooie stad die niet heel veel mensen kennen en die qua gebouwen doet denken aan de Alhambra in Granada: Moorse invloeden dus. Meer informatie over rondreizen in Valencia vind je hier.

 Met de trein naar Valencia:
Door met de trein naar Valencia te reizen houd je niet alleen de CO2-uitstoot van je reis lekker laag, je kan ook heerlijk ontspannen uit het raam kijken, rondlopen, een boek lezen of (als het moet) nog wat werk doen op je laptop. Er zijn verschillende sites waar je je ticket kan boeken waaronder The Train Traveller.

Een reis naar Valencia duurt gemiddeld 15 uur. Je reist eerst naar Paris Gard du Nord (3,5 uur), dan neem je de metro en reis je vanaf Paris Gard de Lyon in 6 uur en driekwartier met de TGV rechtstreeks naar Barcelona Sants. Vanaf dat station kan je een rechtstreekse trein naar Valencia nemen (Renfe), waar je een kleine 3 uur later aankomt. Dat is een mooie tocht langs de kust.

Tip van Richard: bij de NS International kan je pas 2 maanden van tevoren je ticket boeken, maar bij de Franse SNCF kan je je ticket wel eerder boeken en daar hebben ze een Nederlandse pagina waar je ook je kaartje vanuit Utrecht of een andere Nederlandse stad kan boeken.  Je kan ook heel eenvoudig je treintickets bij The Train Traveller boeken via Better Places.

In de zomer kun je ook vanaf via Rotterdam en Brussel naar Valence (Frankrijk). En daar overstappen op de trein naar Barcelona.

Lees hier onze Top 5 met bijzondere bestemmingen in Europa.

-Dit artikel bevat één of meerdere affiliate links-

Over de schrijver

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *