Fast furniture, de naam zegt het al. Dit gaat niet over de degelijke eikenhouten kast waar je oma vroeger de koekjes in had staan. Nee, dit zijn onder andere de Billy boekenkasten van de Ikea, waar er naar eigen zeggen maar liefst elke 5 seconden één van verkocht wordt. Ikea noemt dat op hun site ‘behoorlijk indrukwekkend’, ik noem dat enorm teleurstellend.
Steeds meer mensen zijn zich bewust van de gevolgen van fast fashion. Zoals onlangs te zien was in een documentaire van Zembla heeft de mode-industrie tegenwoordig niet 2 modeseizoenen per jaar maar wel 52 (!) microseizoenen! Dit betekent dat er een enorme hoeveelheid kleding geproduceerd wordt in zeer korte tijd, vaak onder verschrikkelijke arbeidsomstandigheden en zelfs door kinderen. “Het doel van fast fashion is om iedereen zoveel mogelijk te laten kopen in zo weinig mogelijk tijd,” zegt Marieke Eyskoot van het boek Dit is een goede gids, voor een duurzame lifestyle in de Zembla uitzending.
De fast fashion kleding is vaak van slechte kwaliteit en gaat daardoor niet lang mee. Marieke Eyskoot: “Onze kleren kunnen steeds minder worden hergebruikt, Nu is nog maar zo’n 35% van de kleren in inzamelbakken goed genoeg om meteen weer te dragen, vroeger was dat meer.” Gelukkig zijn er steeds meer toepassingen waarbij de kleding die niet meer gedragen kan worden toch nog een functie krijgt. Zo maken ze bij Carpet of Life nieuw tapijt van (jouw) afgedankte kleding. Een mooie manier om afval te reduceren en circulair te produceren. Al is minder (of geen) fast fashion meer kopen natuurlijk nog altijd de beste optie.
Maar wat heeft dit allemaal met meubels te maken? vraag je je misschien af. Net als bij fast fashion is het meubilair bij fast furniture ook van slechte kwaliteit waardoor het niet lang meegaat. De gemiddelde levensduur van fast furniture meubilair is 7 jaar. Veel meubels bestaan voornamelijk uit spaanplaat, folie en polypropeen. Dit wordt bij elkaar gehouden door een goedkope lijm die vaak formaldehyde bevat. Formaldehyde is een gas dat irritaties aan de luchtwegen kan geven en wordt ook in verband gebracht met kanker. Dit meubilair staat erom bekend dat het een verhuizing vaak niet overleeft. Want eenmaal in elkaar gezet, is het vaak niet verstandig om het weer uit elkaar te halen omdat dit de kwaliteit niet bevordert.
Het gevolg is dat deze meubels, die toch niet veel gekost hebben, snel op de afvalberg belanden. We hebben er niet de emotionele band mee, die we bijvoorbeeld wel hebben met een kastje van oma, de vintage stoel van opa of het design stuk waar je zo lang voor gespaard hebt. En dus is het weggooien van je inboedel als alles een beetje begint te wiebelen (of als we erop uitgekeken zijn) een makkelijke optie. En dat is een groot probleem.
“Alleen al in Europa wordt er ieder jaar ruim 11 miljard kilo aan meubels weggegooid. 80-90% hiervan wordt verbrand of eindigt op de vuilnisbelt. Slechts 10% hiervan wordt gerecycled. Het grofvuil (meubels) is de enige afvalstroom die de laatste jaren niet slinkt maar zelfs toeneemt. Dit is zonde want zo gaan er heel veel waardevolle grondstoffen verloren!” zegt Machteld Rijnten van The Substitute, een organisatie die zich inzet voor een duurzame inrichting van je huis.
Niet alleen de groeiende afvalberg is een groot probleem bij fast furniture, ook de ‘verborgen impact.’ De impact van het maken en vervoeren van deze meubels is er wel, maar is niet direct zichtbaar zoals de afvalberg. Zo komt 60% van de meubels die in West-Europa verkocht worden uit China en die moeten dus allemaal hierheen vervoerd worden. En net als bij fast fashion is ook bij fast furniture sprake van kinderarbeid, niet eerlijke handel en dwangarbeid. Daarnaast worden er giftige stoffen gebruikt die niet alleen slecht zijn voor ons maar ook voor de biodiversiteit.
Er zijn ook talloze voorbeelden van schade aan de natuur door bijvoorbeeld verf die in de rivier terecht komt of illegale houtkap en ontbossing. Hout is natuurlijk een mooi materiaal dat weer aangroeit, maar bij fast furniture is het meubel vaak al afgedankt voordat de nieuwe boom aangegroeid is. Daarnaast bestaat fast furniture vaak niet uit massief hout, wat lang meegaat, opgeknapt kan worden en gerecycled kan worden, maar uit houtsnippers die zijn samengeperst en verlijmd. En dat kan niet gerecycled worden waardoor hout volgens de CBS-cijfers tot de afval-top 5 behoort .
De bekendste en grootste leverancier van fast furniture is Ikea. Gelukkig probeert ook Ikea duurzame initiatieven te bedenken. Onlangs opende ze in Zweden het eerste filiaal voor tweedehands Ikea meubels. En op de website staat te lezen dat ze in 2030 volledig circulair willen zijn, een mooi streven. Vorig jaar introduceerde de meubelgigant Bring Back Friday, als alternatief voor Black Friday. Daarbij konden klanten bepaalde meubels terugbrengen naar Ikea in ruil voor een tegoedbon waarmee ze dan weer iets nieuws konden kopen. Leuk bedacht natuurlijk, maar niet zo duurzaam. Een tweede leven geven aan een meubel is natuurlijk goed, maar vervolgens weer nieuwe spullen kopen met een tegoedbon? Dat dan weer niet! Gelukkig hebben ze sinds mei dit jaar een samenwerking met MUD jeans. Ze maken van oude spijkerbroeken nieuwe hoezen voor de Klippan bank. Per hoes worden er 2 oude broeken gebruikt.
Nu je weet wat fast furniture is en wat voor impact het heeft, wil je natuurlijk weten hoe je duurzame keuzes kunt maken in je interieur. Gelukkig zijn er steeds meer opties die het je makkelijk maken. In mijn vorige blog schreef ik al dat het allerbelangrijkste is om jezelf de vraag te stellen: ‘heb ik dit ECHT nodig?’ Is het antwoord ja dan kan je het volgende lijstje gebruiken.
Gelukkig is er steeds meer aandacht voor fast furniture. Mede dankzij de dames van The Substitute die als missie hebben om de duurzaamheidstransitie in de interieur- en verbouwbranche te versnellen. Dus wil je een duurzaam interieur, kijk op The Substitute of neem contact op met mij.
Fotocredits:
Als duurzame interieurontwerper bij Studio Duurzaam Wonen creëert Iris van Asselt persoonlijke interieurs met natuurlijke materialen en duurzame producten. Ze woont met haar gezin in een eco-community waar ze hun duurzame huis met tiny footprint zelf hebben gebouwd. Ze inspireert anderen graag met haar manier van leven en daarom schrijft ze voor hetkanWEL blogs over duurzame keuzes in huis.