Glas in lood-raampjes, een leuke erker en een mooi, hoog puntdak. Maar ook: enkel glas, slecht voegwerk en absoluut geen isolatie in dat mooie puntdak. Het jaren ’30 huis dat Danny Boerboom (28) samen met zijn vriendin heeft gekocht is charmant, maar er moet ook een hoop gebeuren. Ze doen zoveel mogelijk zelf. Danny neemt je mee in zijn zoektocht naar duurzame vloerisolatie.
Isoleren is vaak de eerste stap wanneer je je huis wilt verduurzamen, vooral als je een ouder huis hebt gekocht dat aan een opknapbeurt toe is. Zo heeft ons jaren ’30 huis nog enkel glas en zijn alleen de spouwmuren geïsoleerd. Er valt dus behoorlijk wat winst te behalen met het isoleren van onze vloer en het dak. Maar wat is de beste manier om dat te doen? We willen graag het karakter van het huis behouden en de verbouwing milieuvriendelijk aanpakken.
Duurzame vloerisolatie: hoe pak je dat aan?
Ik heb avond na avond gezocht naar wat we allemaal konden doen. We hebben nu een houten vloer, maar daar kan je geen vloerverwarming onder aanleggen. Veel mensen kiezen er daarom voor om beton te storten op de vloer. Maar in beton zit cement en de cementproductie is verantwoordelijk voor zo’n zeven tot acht procent van de wereldwijde CO2-uitstoot volgens World Cement Association. Beton is bovendien weinig circulair: het is lastig om op een hoogwaardige manier te hergebruiken.



Het idee van een betonnen vloer lieten we daarom al snel varen en dus startte de zoektocht naar een natuurvriendelijker alternatief. Al snel doken er verschillende soorten biobased isolatiematerialen op, zoals hennep, kurk en zelfs katoen of gerecyclede spijkerbroeken om de houten vloer mee te isoleren en de warmte langer vast te houden. Uiteindelijk koos ik voor houtvezel.
Lees ook: 7 tips van professionals om je huis te isoleren met biobased materialen
Duurzame vloerisolatie van houtvezel
Houtvezelisolatie wordt gemaakt van resthout uit zagerijen. Hierbij maken fabrikanten alleen gebruik van PEFC- en FSC-gecertificeerd hout uit duurzaam beheerde bossen. Het wordt gemengd met stoom, een natuurlijk bindmiddel en waterafstotende en brandvertragende stof, waarna het wordt samengeperst in de oven. Al het restmateriaal kan gewoon weer hergebruikt worden, waardoor er weinig verspild wordt. Net zoals een boom behoudt houtvezel zijn CO2-absorberende werking en het houdt warmte drie keer beter buiten de deur (of dus eigenlijk de vloer) dan bijvoorbeeld glaswol.
Een ander voordeel is dat houtvezel dampopen is: het laat vocht door zodat damp niet opgesloten raakt in de constructie. Dit vermindert de kans op schimmelvorming of houtrot, waardoor je leefomgeving binnen gezonder blijft. Het behoudt dus zijn natuurlijke en gezonde eigenschappen, waardoor het goed samengaat met andere natuurlijke producten die we gebruiken in de verbouwing: leemstuc en -verf.
Waar moet je op letten bij duurzame isolatie?
Bij duurzame isolatie draait alles om de Rd-waarde (Resistance Declared), uitgedrukt in m²K/W. Hoe hoger de waarde, hoe beter de isolatie. Een Rd-waarde van 3,5 m²K/W wordt door de overheid als goed beschouwd. Daarnaast is er de keuze tussen flexibele (flex) platen en stijvere (therm) platen. Door de buigzaamheid van de flexibele platen klem je die wat makkelijker tussen de houten balken van de vloer, maar wanneer je bijvoorbeeld een plafond of dak isoleert, zijn de stijve platen ook goed bruikbaar.



Aan de slag
Houtvezel veroorzaakt geen jeuk zoals glaswol, maar brokkelt wel makkelijk af. Draag dus een mondkapje en veiligheidsbril. Houtvezel is niet schadelijk, maar al dat zaagsel in je mond en ogen is niet bepaald fijn. Wanneer je de platen op maat snijdt of zaagt, zorg dan dat de platen twee centimeter breder zijn dan de ruimte tussen de houten vloerbalken is. Dan kan je de platen er goed tussen klemmen.
Omdat houtvezel een dampopen materiaal is, moet je ook dampopen folie en tape gebruiken. Je brengt de folie aan tussen de kruipruimte en de duurzame vloerisolatie. Deze folie maak je met nietjes vast aan de balken. Met de dampopen tape plak je de naden af. Gebruik geen aluminiumtape, want dit is volledig dampdicht. Hierdoor kan het vocht niet weg, terwijl bij houtvezelisolatie juist het ademen belangrijk is.
Na een tijdje kunnen de houtvezelplaten gaan verzakken. Bevestig ze daarom goed door bijvoorbeeld houten latten (vuren) om de veertig centimeter dwars op de vloerbalken te schroeven. Koop bij de bouwmarkt speciale isolatieschroeven waarmee je de platen vastschroeft aan de vloer, dit werkt prettiger als je vanuit de kruipruimte opereert.
Subsidie voor isoleren van je huis
Milieuvriendelijk isoleren is wel wat duurder. Gelukkig zijn er subsidies beschikbaar, zoals de ISDE-subsidie. Voor biobased materialen krijg je sinds 2024 extra subsidie, maar alleen als je de werkzaamheden door een erkend bedrijf laat uitvoeren. Zelf isoleren is daardoor meestal voordeliger zonder landelijke subsidie. Onderzoek ook of er lokale subsidies beschikbaar zijn. In de Achterhoek krijg je bijvoorbeeld wél subsidie als je de verduurzamingsmaatregelen zelf uitvoert en daarbij natuurlijke materialen toepast. Zo kregen wij €750,- subsidie via Energieloket Achterhoek.
Al met al was het voor mij als beginnende klusser goed te doen. De kruipruimte was wel wat krap, dus hoe meer ik de ruimte vulde met duurzame vloerisolatie, hoe benauwder het werd. Zonder bril en mondkapje kwam ik regelmatig zaagsel-hoestend en ogenwrijvend onder de vloer vandaan. Niet de leukste momenten uit de verbouwing. Maar het is gelukt en ik ben blij met het resultaat. De woonkamer is een stuk comfortabeler.
Uiteindelijk was ik meer tijd kwijt aan het uitzoeken van het juiste en natuurvriendelijke materiaal dan aan het isoleren zelf. Bij de volgende duurzame vloerisolatieklus zal het al een stuk makkelijker gaan en gelukkig staat die klus al op me te wachten: de kruipruimte onder de keuken is aan de beurt.